17/12/2024

Gemeenteschool t Blokje neemt Loenhout mee in 21ste eeuw

Stedelijke en gemeentelijke scholen staan open voor iedereen. Om ervoor te zorgen dat dit geen holle woorden blijven, zijn onze scholen actief pluralistisch. Verschillen zien we als een verrijking en die mogen dan ook zichtbaar zijn, met wederzijds respect en luisterbereidheid als belangrijke voorwaarden. Gemeenteschool t Blokje in Loenhout toont wat dat betekent.

Leerlingen Loenhout© GBSt Blokje Loenhout
Een belangrijk principe in de praktijk: oudere kinderen zorgen in GBSt Blokje mee voor de kleintjes. Iedereen neemt zijn verantwoordelijkheid.

Loenhout, een deelgemeente van Wuustwezel, is een dorp in de Noorderkempen vlakbij de Nederlandse grens. Lange tijd waren de inwoners verdeeld in een overwegend katholieke en een vrijzinnige zuil, die zich uitte in het verenigingsleven en in het onderwijs. Het einde van de verzuiling kwam tegelijk met een nieuwe samenstelling van de bevolking. Steeds meer Roemeense seizoenarbeiders en Marokkaanse Nederlanders kwamen in Loenhout wonen. Kortom, de oude tweedeling was volledig voorbijgestreefd. 

Door de nieuwe dynamiek in de samenleving besloten de vrije basisschool en de gemeenteschool om de concurrentiebijl te begraven. Ze zetten een vrijwillige fusie op touw, waardoor alle kinderen in Loenhout samen naar dezelfde school zouden gaan. Dit ging niet zonder slag of stoot, aldus directeur Mariëlle Kuypers. We moesten ruimte en tijd laten om meningen te uiten en angst uit te spreken. Sommigen vreesden een verlies van identiteit. Maar uiteindelijk is dit wel geslaagd.” De gemeente verwelkomde het initiatief en investeerde in een nieuw, modern gebouw. Een brede school ook, met een bibliotheek, sporthal en een speelplaats die ook na de schooluren toegankelijk zijn. Gemeenteschool t Blokje was geboren. We moesten deze kans grijpen om de gemeenschap mee te nemen in de 21ste eeuw. Hoe ga je van een gesloten landelijke omgeving naar een grote veranderende wereld waar onze kinderen terecht in zullen komen? De school is een micro-samenleving. Die moeten we dus vanuit een wereldse context organiseren voor onze kinderen. Actief pluralisme werd hierin onze leidraad.” 

Inclusieve basishouding

De open houding die eigen is aan actief pluralisme, is in t Blokje al direct merkbaar bij het onthaal van nieuwe leerlingen. Mariëlle verduidelijkt: We tonen nieuwsgierigheid naar de leerling en het gezin. In dat eerste contact vermijden we tunnelvragen zoals waar ze vandaan komen of welke taal ze thuis spreken. Vaak gaan we te snel naar deze administratieve vragen en merken mensen dat ze al in een hokje worden ingedeeld. We stellen aan iedereen open vragen. Hoeveel broers of zussen heb je? In welke wijk wonen jullie? Hoe ken je de school? Welke job doen de ouders? We maken tijd en ruimte om elkaar te leren kennen en de leerling en ouders zich thuis te laten voelen. Een schoolomgeving creëren waarin iedereen welkom is, gaat niet alleen over migratieachtergrond of levensbeschouwing. Een kind is een kind, ongeacht hoe ze van elkaar verschillen. Daarom zijn inclusie en actief pluralisme voor mij hetzelfde. Het gaat over een basishouding. Wat zie ik eerst? Zie ik het kind, of zie ik bagage zoals een beperking of een bepaalde thuissituatie? Welke bril zet ik op? Dat moet je eerste vraag zijn. De rest komt daarna, en dat zijn vaak gewoon praktische uitdagingen die niet onoverkomelijk zijn.” 

Iedereen verantwoordelijk in leerlingenraad 

Zoals in elke school speelt ook in t Blokje de leerlingenraad een belangrijke rol in het opvoeden van leerlingen tot democratische burgers. Vanaf het derde leerjaar acht de school leerlingen hiervoor rijp genoeg. Ze worden er in het tweede leerjaar al goed op voorbereid wanneer ze leren wat een mening is, wat een leerlingenraad is, hoe je daar spreekt, … Toch zag de school nog veel ongebruikt potentieel in de leerlingenraad. Mariëlle vertelt: We zagen dat steeds hetzelfde soort leerling in de raad verkozen werd: de goede voetballer, het populaire meisje,… Daar wilden we vanaf. Elke klas heeft nu zijn klassenraad, waar de agenda van de leerlingenraad eerst besproken wordt. De klassenraad vaardigt dan telkens iemand anders af naar de leerlingenraad die de mening van de klas vertolkt. De leerlingenraad heeft geen vaste leden of verkiezingen meer. Wie daar zit, vertegenwoordigt de klas en niet zichzelf. Enkel zo kan je werkelijk actief pluralisme bereiken. Iedereen is verantwoordelijk en iedereen moet die verantwoordelijkheid opnemen. Dat is een veel bredere en democratische invulling dan gewoon stemmen in een verkiezing.” 

(Lees verder onder foto)

Directeur Mariëlle Kuypers poseert voor de school.
Mariëlle Kuypers, directeur Gemeenteschool t Blokje: Inclusie en actief pluralisme is voor mij hetzelfde. Het gaat over een basishouding. Wat zie ik eerst? Zie ik het kind, of zie ik bagage?”

Zo weinig mogelijk regels

Hoe minder regels, hoe duidelijker iets is voor kinderen. Met die filosofie hanteert de school slechts vier gouden regels:

  • Rustig en stil als het moet, werken aan orde; dan blijft het goed!
  • Ik zorg voor jou, jij zorgt voor mij, iedereen hoort er altijd bij!
  • Samen spelen is zo fijn, als we allemaal vrienden zijn!
  • Alsjeblief, dankjewel, een fijne dag… vriendelijk zijn we met een lach!

Als er een conflict is, zoekt de leraar samen met de leerling(-en) waar het volgens deze vier regels fout liep. Om conflicten op te lossen, maakt de school veel tijd voor kindgesprekken. Praten en luisteren naar elkaar, in combinatie met de principes van nieuwe autoriteit: de leerkracht staat dicht bij de leerlingen en is aanwezig op de speelplaats. Zo krijgt de leraar autoriteit die hij of zij kan gebruiken om kinderen uit conflicten te halen, nieuwe kansen te geven en samen afspraken te maken.

Als kinderen iets fout doen, moeten ze het ook goed maken. Sorry’ is niet genoeg, bij een verontschuldiging hoort voor de school ook een actie zoals een tekening maken of samenspelen in de volgende speeltijd. Het andere kind moet akkoord gaan en de verontschuldiging aanvaarden. Zo leren kinderen zelf verantwoordelijkheid dragen voor hun acties.

Als het echt niet anders kan, neemt de school zelf het heft in handen. Orde bij het binnenkomen van de school lukte na herhaaldelijke terugkoppelingen naar de klassenraad nog altijd niet. Uiteindelijk besliste de school samen met de leerlingenraad dan maar om de leerlingen opnieuw samen met hun leraar in een rij ordelijk naar binnen te laten gaan. Wie toch amok maakt, krijgt een time-out of straf. Want niks is zo ondermijnend voor een draagvlak als een collectieve straf terwijl de meeste leerlingen wel hun best doen om de regels te volgen.

Ouders en ouderen betrekken

Met kleine kinderen is dit wel niet zo gemakkelijk, zo ondervindt de school in de praktijk. Daar ontstaan door het gebrek aan taalvaardigheid conflicten, die dan ook moeilijker op te lossen zijn. We hebben een groep Roemeense kleuters die enkel met elkaar spelen en vaak ruzie maken met de anderen. We betrekken hun ouders erbij en zij stellen ons voor om de kinderen vaker uit elkaar te halen zodat ze verplicht worden Nederlands te spreken. Dat doen we ook in de klas, maar op de speelplaats proberen we dit te vermijden om kleuters ook voldoende speelkansen te geven. We laten ook toe dat kinderen daarbij hun moedertaal te spreken. We proberen nu ook de oudere Roemeense leerlingen te betrekken. Zij spelen ook met de kleuters en stimuleren hen om Nederlands te spreken. Dat is weer een belangrijk principe in de praktijk: oudere kinderen zorgen hier ook mee voor de kleintjes. We merken dat naarmate kinderen ouder en taalvaardiger worden, dit probleem zichzelf gelukkig vaak vanzelf oplost.”