Het decreet leerlingenbegeleiding geeft de school de regie in handen om de samenwerking met het CLB te formaliseren. Een samenwerkingsovereenkomst met het CLB, als belangrijke partner van de school, is een verplichting. Het initiatief ligt in handen van de school. Alle aspecten die vanuit de regelgeving worden opgelegd, moeten in het samenwerkingscontract staan.
Er zijn acht leersteuncentra die worden ingericht door het gemeentelijk en stedelijk onderwijs. Elke school gewoon onderwijs kiest met welk leersteuncentrum ze wil samenwerken.
Een kunstkuurproject is een lokale samenwerking tussen academies en scholen voor basisonderwijs, secundair of hoger onderwijs. Met deze lokale samenwerkingsinitiatieven willen we het cultureel bewustzijn en de culturele expressie van de deelnemende leerlingen versterken, een duurzaam delend netwerk tussen de betrokken leerkrachten tot stand brengen voor het organiseren van culturele leeractiviteiten en leerlingen naar het deeltijds kunstonderwijs leiden. De academie ontvangt hiervoor, na goedkeuring, extra middelen en omkadering.
Lokaal samenwerken zit in het DNA van de academies. De leerlingen de kans geven om te laten zien wat ze kunnen en de lokale context binnenbrengen in de academie zijn speerpunten die terug te vinden zijn in veel artistiek-pedagogische projecten. Een van de doelstellingen van het DKO is de leerlingen voorbereiden op de amateurkunsten. Dat betekent niet dat we moeten wachten tot het einde van de opleiding om samen te werken.
Hoe kun je samenwerken met een open blik en met respect voor elkaars eigenheid.? Je vindt hier een opsomming van mogelijkheden ter inspiratie.
Een schoolbestuur kan niet zomaar vestigingsplaatsen oprichten op het grondgebied van een andere gemeente. Om structureel onderwijs te organiseren in een andere gemeente, moeten beide gemeentebesturen een samenwerkingsverband aangaan. Samenwerkingsverbanden van gemeentebesturen binnen het Vlaams gewest moeten zich daarbij schikken naar de regels van het decreet over het lokaal bestuur of het decreet op de interlokale onderwijsvereniging (met rechtspersoonlijkheid). De lichtste vorm van samenwerking (zonder rechtspersoonlijkheid) is de interlokale vereniging. Voor samenwerkingen die zich niet beperken tot louter het Vlaams gewest, leggen de betrokken gemeenten de afspraken vast in een contractuele overeenkomst.
Een leerling in het deeltijds kunstonderwijs kan voor een deel van zijn opleiding (bijvoorbeeld een bepaald vak) ervaring opdoen buiten de academie in plaats van lessen te volgen. Dat kan bijvoorbeeld in een harmonieorkest, een theatergezelschap, in een bedrijf of bij een zelfstandig kunstenaar.
Samenwerken tussen onderwijsinstellingen/schoolbesturen wordt vaak aangemoedigd en/of gefaciliteerd door de onderwijsregelgeving. Soms is het eerder uit noodzaak. Zo kennen we de scholengemeenschappen in het leerplichtonderwijs, de vestigingsplaatsen in het deeltijds kunstonderwijs, binnenkort de leersteuncentra… Grosso modo kent het gemeentelijk onderwijs twee soorten samenwerkingsverbanden: de interlokale vereniging zonder rechtspersoonlijkheid en de interlokale onderwijsvereniging met rechtspersoonlijkheid.
Schoolraden werden ingevoerd op 1 april 2005 via het decreet van 2 april 2004 betreffende participatie en de Vlaamse Onderwijsraad (hierna Participatiedecreet genoemd).
Het Participatiedecreet is zowel van toepassing op het gewoon als op het buitengewoon basis- en secundair onderwijs. De regelgever voorziet in de mogelijkheid van het opstarten van een ouderraad, een pedagogische raad en een leerlingenraad wanneer er een voldoende vraag was.
Hieronder geven wij een ‘basismodel’ dat kan worden in- en aangevuld naar gelang de eigen omstandigheden en behoeften, samen met een toelichting en een model van gemeenteraadsbesluit.
Dit modelconvenant is in eerste instantie bedoeld voor scholengemeenschappen die bestaan uit twee of meer gemeentescholen van verschillende schoolbesturen. Er is dan ook rekening gehouden met de bepalingen van het decreet van 6 juli 2001 betreffende de intergemeentelijke samenwerking.
Het is uiteraard, mits enkele aanpassingen, ook bruikbaar voor scholengemeenschappen die bestaan uit twee of meer gemeentescholen van één schoolbestuur of voor schoolbesturen die op een later moment instappen in een scholengemeenschap.
De andere mogelijke samenwerkingsverbanden, namelijk de samenwerkingsplatforms, zijn cursief vermeld.
Het lerarenplatform biedt jonge leerkrachten een beter loopbaanperspectief. Startende en tijdelijke leerkrachten hebben binnen een lerarenplatform meer werkzekerheid.
Wie in het lerarenplatform stapt, heeft werkzekerheid vanaf 1 september tot het einde van het schooljaar.